Winning entries could not be determined in this language pair.There were 2 entries submitted in this pair during the submission phase. Not enough entries were submitted for this pair to advance to the finals round, and it was therefore not possible to determine a winner.Competition in this pair is now closed. |
Het moment waarop Neil Armstrong 50 jaar geleden voet op de maan zette, wekte over de hele wereld ontzag, trots en verwondering. Dit blad schreef destijds dat er “vanaf heden voor de mens geen plek in het universum meer is waar zijn wil en vernuft hem niet brengen kunnen ... het lijdt nu geen twijfel meer dat de mens vroeg of laat naar de planeten zal reizen”. Maar zover kwam het niet. De maanlanding was een anomalie; de geslaagde onderneming was geen doel op zichzelf maar moest te kennen geven tot welke buitengewone prestaties Amerika in staat was. Toen dat eenmaal duidelijk was gemaakt, verviel de noodzaak om dat nog een keer te doen. Tot nu toe zijn slechts 571 mensen in een baan om de aarde geweest en sinds 1972 heeft niemand zich verhoudingsgewijs veel verder in de ruimte gewaagd dan de afstand van Amsterdam naar Parijs. De volgende 50 jaar zullen er heel anders uitzien. Door dalende kosten, nieuwe technologieën, Chinese en Indiase ambities en een nieuwe generatie ondernemers belooft het een tijdperk van ruimteontwikkeling te worden vol gedurfde initiatieven. Bijna zeker zal het daarbij gaan om toerisme voor de rijken en betere communicatienetwerken voor iedereen, en op de lange termijn wellicht ook om exploitatie van delfstoffen en zelfs massavervoer. De ruimte zal steeds meer als een verlengstuk van de aarde worden; een arena voor bedrijven en privépersonen, niet alleen maar regeringen. Maar deze belofte kan alleen worden ingelost als er een wettelijk kader komt dat de hemelen reguleert, zowel in vredes- en, mocht het daar onverhoopt toe komen, oorlogstijd. De ruimteontwikkeling is tot dusver gericht geweest op het faciliteren van activiteiten hier beneden (hoofdzakelijk satellietcommunicatie voor uitzendingen en navigatie). Twee dingen zijn er nu aan het veranderen. Om te beginnen zijn er door geopolitieke omstandigheden weer ambities om mensen verder te sturen dan een lage baan om de aarde. China is van plan om vóór 2035 mensen op de maan te zetten. De regering van president Trump wil daar vóór 2024 weer Amerikanen hebben. Door dalende kosten is deze spierballentaal beter te verantwoorden dan vroeger. De Apollo-missie kostte honderden miljarden dollar (in de huidige waarde). Nu is het prijskaartje tientallen miljarden dollar. [ … ] Het is een vergissing om de ruimte als een geromantiseerd Wilde Westen te promoten, een anarchistische kolonisatiegrens waar de mensheid zijn boeien kan afwerpen en zijn bestemming opnieuw kan ontdekken. De ruimte kan alleen zijn belofte waarmaken als er regulering komt. Als landen het nu hier op aarde al niet eens kunnen worden over regels over stalen balken en sojabonen dan lijkt dat misschien wat te veel gevraagd. Maar zonder die regulering zal het in het beste geval nog 50 jaar duren voordat het potentieel van alles dat buiten de aarde ligt, kan worden ingelost. In het ergste geval zou de ruimte de problemen van de aarde alleen maar groter kunnen maken. | Entry #28073 — Discuss 0 — Variant: Not specified
|
Vijftig jaar geleden keek de wereld eerbiedig, trots en verwonderd toe hoe Neil Armstrong zijn voet neerzette op de maan. "Voortaan kan de mens naar om het even welke plaats in het heelal reizen waar zijn wilskracht en zijn vernuft hem naartoe sturen," betoogde deze krant destijds. "De planeten zijn de volgende bestemming, en die zal hij eerder vroeger dan later bereiken." Niet, dus. De maanlanding was een aberratie, een doel dat geen doel was, maar een middel om aan de wereld te tonen waartoe Amerika in staat was. Eenmaal gemaakt behoefde dat punt geen herhaling. Amper 571 mensen hebben een baan om de aarde gemaakt, en sinds 1972 heeft niemand zich verder dan 500 kilometer de ruimte in gewaagd. Dat zal de komende vijftig jaar veranderen. Dalende kosten, nieuwe technologieën, Chinese en Indiase ambities en een nieuwe generatie van ondernemers kondigen spannende tijden aan. Ruimtetoerisme voor rijken en betere communicatienetwerken voor iedereen komen er zo goed als zeker aan, op lange termijn misschien mijnbouw en zelfs massatransport. De ruimte zal steeds meer een uitbreiding van de aarde worden, waar niet alleen overheden maar ook bedrijven en particulieren het speelveld betreden. Maar dat kan alleen als de wereld een rechtssysteem in het leven roept om de ruimte te besturen – in vredestijd en, mocht dat nodig zijn, in tijden van oorlog. Tot nu toe moest de ontwikkeling van de ruimte het leven op aarde vergemakkelijken. Het ging daarbij vooral om satellietcommunicatie voor radio- en tv-omroepen en navigatiesystemen. Maar er zijn twee zaken aan het veranderen. Ten eerste wakkert de geopolitiek een nieuwe impuls aan om mensen weer verder de ruimte in te sturen. China plant een maanlanding tegen 2035, de Amerikaanse president Trump wil er al tegen 2024 terugkeren. Lagere kosten maken dit machtsvertoon goedkoper dan voorheen. In hedendaagse dollars kostte de eerste maanlanding honderden miljarden, nu koop je al een kaartje voor tientallen miljarden. [ … ] De ruimte mag niet worden verheerlijkt als een soort Wilde Westen, een anarchistisch grensgebied waar de mensheid haar verleden achter zich kan laten om opnieuw met een schone lei te beginnen. De ruimte heeft goede afspraken nodig om haar belofte te kunnen waarmaken. Dat lijkt misschien veel gevraagd van een wereld die het niet eens raakt over regels voor de ondermaanse handel in staal en sojabonen. Maar zonder goede afspraken zal het – in het beste geval – nog eens vijftig jaar duren om het buitenaardse potentieel te realiseren. In het slechtste geval zal de ruimte de aardse problemen nog vergroten. | Entry #28094 — Discuss 0 — Variant: Not specified
|